Doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg. Misschien klinkt het niet zo flitsend, maar het geeft wel vertrouwen door ‘Deutsche Grundligkeit’. Het is typerend voor SEW, dat tot op heden een eigen cloudomgeving afhield. Eerst moest een aantal zaken goed worden afgekaart en dichtgetimmerd. Op het gebied van cybersecurity en data-eigendom bijvoorbeeld. Inmiddels is de aandrijfspecialist toch overstag. Big data en intelligentie in de cloud? Er valt gewoonweg teveel te winnen.
// Factory Facts //
Het was even wennen. Want waar we traditioneel twee keer per jaar – in Hannover én in Neurenberg – door oud-marketingbaas Claus Wieder over alle SEW ins- en outs worden bijgepraat tijdens onze ietwat ongebruikelijke theeceremonie, was hij nu in geen velden of wegen te bekennen. Hij bleek met pensioen. Het was de minstens 30 jaar jongere Heiko Füller die ons nu met koffie te woord stond. De voortrazende tijd houdt je blijkbaar niet tegen, zo blijkt uit een verhelderend gesprek over een vertrouwde boodschap met een nieuw geluid.
Het is een bekend scenario: een onderdeel is aan vervanging toe want, zo geeft Füller schertsend toe, zelfs de producten van SEW hebben niet het eeuwige leven. In zo’n geval helpt het enorm als je eigen logistieke apparaat tip top in orde is. Bij SEW is dat zonder meer het geval, zoals we al eens live in Graben-Neudorf mochten aanschouwen. Tot op boutjesniveau weten zij precies wat waar is ingegaan. Dus heb je een reserveonderdeel nodig? Even een QR-code scannen, en alle logistieke en productieve SEW-raderen draaien op volle toeren. Ook aanvullende productinformatie – hoe je iets monteert bijvoorbeeld – kan op deze manier ontsloten worden.
Een grotere rol speelt de cloud wanneer we ons in het domein van de digitale tweeling en het voorspellend onderhoud begeven. Füller: “Wij weten natuurlijk van de hoed en de rand van onze producten en kunnen in veel gevallen nauwkeurigere voorspellingen doen over gedrag en levensduur dan dat klanten dat kunnen.” Nu kan dit in theorie allemaal lokaal met beide voetjes op de grond: data verzamelen, analyseren, duiden en de nodige acties initiëren. Maar wil SEW hierbij helpen, dan zullen ze toch over de actuele data van hun producten moeten beschikken.
Maar was dat nu niet één van de heikele punten waarom – helemaal in een privacygevoelig land als Duitsland – de cloud-boot voorheen werd afgehouden? Volgens Füller loopt de regelgeving nog steeds achter de feitelijke praktijk aan. Van wie de gegevens zijn? Dat is nog steeds niet wettelijk vastgelegd. Blijkbaar kan SEW daar niet eeuwig op wachten. En, zo stelt Füller, je kan daar als bedrijven onderling ook goed dichtgetimmerde afspraken over maken. Ten aanzien van het tweede punt, cybersecurity, zijn er gelukkig wel verdere stappen gezet. “Voor wat betreft de interne netwerken waren er allang geen technische beperkingen. Met PROFINET kan je bijvoorbeeld alles aan elkaar knopen en alle data ontsluiten die je wilt. Maar voor de weg richting cloud hebben we nu gelukkig OPC UA. Toegegeven dat nog niet alle sectoren hun companion specifications op orde hebben, verwacht ik dat dat in 2020 wel het geval zal zijn.” Overigens was SEW ook één van de partijen die al vroeg op het OPC UA TSN-podium stond, maar dat terzijde.
Met 2020 in het vooruitzicht, is het dus de hoogste tijd je voor te sorteren op een nieuw tijdperk waar de cloud nog een derde functie vervult: de oorspronkelijke industrie 4.0-gedachte van zelforganiserende productiesystemen. En dan heeft het kunnen aanbieden van een eigen infrastructuur en software zo zijn voordelen. Je kunt de afspraken over databescherming bijvoorbeeld écht hard maken, omdat er niks in de datacenters van derden staat. Ook is het hebben van eigen datacenters in een ‘plug & produce’-scenario voordelig voor een optimale afstemming tussen fabrieken – iets wat SEW net als de ontwikkeling van de mobiele assistent voor haar eigen fabrieken allang toepast.
Lang verhaal kort: SEW heeft een compleet cloud-apparaat opgetuigd met drie smaken. Ten eerste bieden ze IaaS, wat staat voor Infrastructure-as-a-Service. Dit omvat servers, storage-netwerk en virtualisatie. Ook bieden ze PaaS, ofwel Platform-as-a-Service. Deze op IaaS draaiende softwarelaag biedt extra functionaliteit, zoals databases en ontwikkel- en runtime-omgevingen. Als laatste laag is er natuurlijk SaaS. Software-as-a-Service dus. Hieronder vallen onder andere alle softwareapplicaties die het Movi-C-portfolio rijk is. Uiteraard is het ook mogelijk voor deze laag gebruik te maken van de infrastructuur van grote cloudaanbieders als Microsoft, Amazon en Google.
Over het modulaire Movi-C-automatiseringsplatform had Füller uiteraard ook het nodige te vertellen. Niet zo raar, want eigenlijk omvat het bijna het hele automatiseringsportfolio – dus alle hardware én alle software – van SEW. Meest in het oog springend waren wat ons betreft de verschillende Movi-Ckits (door alle wolkenpraat niet te verwarren met kites). Hier borduurt SEW voort op hun specifieke applicatiekennis. Enkele voorbeelden zijn aandrijvingen en softwareblokken voor het aansturen van robots, maar ook het ‘anti-swaying’ bij het automatiseren van hijskranen. Füller: “Zodra het complex wordt, maken wij er een automatiseringskit voor die de engineering, commissioning en servicing eenvoudiger maakt. Op het moment hebben we 25 Movi-C-kits beschikbaar.“
In een steeds complexer wordende wereld met zichzelf organiserende productiesystemen, zou de behoefte aan dergelijke kits wel eens snel veel groter kunnen worden.