Wie wil er nou niet veel geld verdienen? Wat je ervoor nodig hebt? De geschiedenis leert ons dat je met geld nog veel meer geld kan maken. Maar met kennis, een goed kompas en een flinke dosis lef kan je het een stuk verder schoppen.
In mijn vorige column had ik het over de ‘bottom line’. De business case die goed moet zijn willen investeerders aan boord komen, of het bedrijfsleven erop in kan stappen. Ik zie bijna wekelijks tal van nieuwe technische hoogstandjes. Stuk voor stuk vol potentie, mits er een goede bak geld tegenaan wordt gegooid om het tot zijn recht te laten komen. Het gros blijft liggen. Te vroeg gepiekt, te laat in actie gekomen. Frustrerend. Homo economicus in optima forma. Terecht overigens, want ik snap best dat er een return on investment moet zijn. Ook vanuit maatschappelijk oogpunt. Om werknemers aan het werk te houden of je gezin te voeden bijvoorbeeld.
‘Kennis is macht’. Ik hoor de woorden nog nagalmen na een gesprek met de toenmalige decaan van de TH-Rijswijk. Ik zat destijds om persoonlijke redenen een beetje in een knoop, waarvan ik u de details zal besparen. De decaan doelde destijds natuurlijk op zelfkennis. En hoewel ik de uitspraak steeds beter op zijn merites ben gaan waarderen, denk ik er in mijn huidige functiebeschrijving nog geregeld aan. Kennis is macht. In de duurzame long run zelfs meer dan geld. Ik geloof hem nog steeds. Maar als ambassadeur van kennisverspreiding, zie ik daar ondanks een toch redelijk lange adem helaas maar weinig van terug op mijn bankrekening.
Gedeeltelijk snap ik de mechanismes van dit disruptieve tijdsgewricht best. Helemaal als het om kennis gaat. Waarom zou je er voor betalen? Het ligt immers gratis op de straat van Google en consorten? Toch doorklinkt hier een gedachtefout die ik zelf ook geregeld maak. Kennis is natuurlijk geen informatie. Kennis is geduide informatie, het liefst gestaafd aan een flinke portie eerstehands ervaring. In het ‘internet of things’-tijdperk word ik bedolven onder de informatie en denk dat het kennis is. Ik ontvang een tweet en denk er het mijne van. In verwaterde vorm lees ik het links en rechts. Totdat het verwordt tot blablabla. Ik realiseer me dat juist in dat ‘mijne’ de kracht van kennis schuilt.
To the point nu. Het verkopen van mijn vak (zat er dan toch een addertje onder het gras van dit betoog?). Ik ben van mening dat vakjournalisten waarde kunnen toevoegen. Ik heb het nu niet over de helden die in hun reportages hun leven riskeren om de waakhondfunctie van de democratie te vervullen. Ik zou me niet aan hun durven te meten. Maar ik heb wel een scherpe pen en een technisch hart, waarmee ik denk informatie in kennis te kunnen omzetten om mensen sneller bij de kern te brengen. Mijn vraag – en overigens het leeuwendeel van mijn collega’s is – heeft u hier behoefte aan? En is het u wat waard?